donderdag 15 december 2016

mama

Mama,
15 december 2015. Het was een dag vol tegenstrijdige gevoelens.
De angst dat Lize er niet snel genoeg zou zijn toen te tijd zich leek te verslikken, versmolt met een wachten dat tegelijk eindeloos en veel te snel leek te gaan.
Het verschrikkelijke verdriet je te moeten laten gaan, ging hand in hand met de opluchting dat de pijn weg zou zijn.

Vasthouden en loslaten.
Loslaten, steeds opnieuw, zoals we tijdens jouw ziekte elke dag een beetje moesten doen.
Afscheid van je haar, dat toch nooit lag zoals je het wou. (dat verdomde varkenshaar)
Afscheid van je eeuwige energie en geweldige hulp.
Afscheid van je altijd aanwezige aanwezigheid.
Afscheid van je mening, die zo belangrijk voor ons was.
Afscheid van alles wat je niet wilde loslaten, je zelfstandigheid, je onafhankelijkheid.
Afscheid van je goeie raad, tot op het laatste moment.
Afscheid van je lichaam.
In die volgorde.
En vasthouden. Aan dat alles en zoveel meer.

Er is geen jaar ooit zo snel voorbij gevlogen als dit jaar. Het is alsof het gisteren was, dat we naar het ziekenhuis kwamen en voor de laatste keer onze tranen met jou deelden.
En tegelijk mama,
er is in geen jaar ooit meer gebeurd, dan in dit jaar. Je zou je bijna afvragen hoe we er in slaagden dat allemaal in 12 maanden te doen passen.

Soms droom ik dat je in de keuken staat. Rommelig, maar gezellig. Ik ben compleet van mijn melk en vraag wat je daar doet. En jij lijkt al even verbaasd. ‘Ik weet het ook niet,' zeg je, 'maar ik ben terug!’
En dan wil ik je zo graag alles laten zien.
Want nu leven we in ‘het leven nà mama’.
Alles waar jij het begin van gekend hebt, is nu afgewerkt. We zijn nieuwe dingen gestart. Dingen waarvan jij nooit hebt geweten dat die er ooit zouden zijn.
Plannen die je niet hebt gedeeld.

Ik weet niet wat ik je zou laten zien mama, als je terug zou zijn.
Misschien neem ik je gewoon mee naar boven in ons atelier. Naar de plek die je voor jezelf had gereserveerd.
We zouden misschien niet eens praten, want het zou niet in een zin passen.
We zouden genieten. Van hoe de plannen van vroeger nu écht zouden zijn. Over de plannen van vandaag, praten we later wel.
Nog even vasthouden, nu het mag.

Jou nog even vasthouden.

dinsdag 6 december 2016

Een naaimachine voor roze meisjes

Dus: Sinterklaas.
Er wordt veel over gesproken en gediscussieerd. De Pieten hoeven niet steeds even zwart te zijn en de hoeveelheid cadeautjes mag best wat minder.
Maar één ding is zeker: ik ben dol op Sinterklaas.
's ochtends beneden komen met een stevig verhoogde hartslag. En trippelend op de koude gangvloer wachten tot iedereen beneden is. Eerst even kort gluren door een kier, om dan met een zelfzekere zwaai de deur te openen zodat iedereen op hetzelfde moment de kamer in kan kijken.
Het speelgoed, dat is slechts een deel van het plezier. Een huis dat bezaaid ligt met nicnacjes en chocolade. Gewoon op de grond, OVERAL, omdat het mag. 

Norah was al veel te vroeg opgestaan. Ze wou al eens gaan kijken, maar dat mocht ze niet.
'Ik wacht wel in de badkamer', zei ze.
De vroege vogel had wel pech dat we een vreselijke nacht achter de rug hadden. Er was heen en weer gelopen met Perdolan en aerosol, met potjes en lauwe thee. Rube sliep ein-de-lijk. En wij met hem. Maar nu wou Norah dus opstaan, en wij bleven nog even soezen en gunden Rube een momentje slaap.

Bijna 2 uur zat ze daar, op een stoeltje in de badkamer. Af en toe ging ik kijken en vroeg ik of ze niet nog even bij ons kwam liggen, maar dat wilde ze niet. Ze wilde wachten.
En ze giechelde.
'Spannend hé, mama!'

Uiteindelijk maakten we zelf een einde aan de foltering van het wachten. Zachtjes maakte ik Rube wakker, maar die wilde niet gaan kijken, dus lieten we hem in zijn bedje liggen. Sinterklaas is fijn, maar het moet niet ten koste van de slaap gaan. Een ziek jongetje kan toch niet van dat speelgoed genieten.

De kamer was gevuld met speelgoed en snoepgoed à volonté. Helemaal zoals wij zelf als kind hadden meegemaakt. Norah en Bores waren enthousiast.
Ik was nog enthousiaster, en wel om 1 ding: een naaimachine voor Norah.





De machine die de Sint bracht is een Brother KD144. De machine wordt geleverd met 3 frontpaneeltjes, zodat je zelf het uitzicht van de machine kan bepalen.
Ik maakte nog een extra paneeltje: met flamingo's en het opschrift:
Norah
naaimachine
voor roze meisjes

Norah deed reeds enkele tests. Ze oefende al een beetje om mooi rechtdoor te stikken (wat niet zo gemakkelijk is), en probeerde al alle steken uit. Om écht te gaan experimenteren was er nog geen tijd, maar daar maken we snel werk van.
Op de planning staat als eerste project: een kussentje naaien. (Nadat de voorbereiding: recht leren stikken succecvol is afgerond)
Wordt vervolgd!

Mens

Als zus Lize een verhaaltje schrijft over onze kroost, dan hoort het even goed op deze blog. Geniet van dit heerlijke momentje! :-)


Zondag mocht ik meerijden met zus Mira, schoonbroer Dries en hun kroost in hun grote Caddy Maxi. Geen overbodige luxe, zo’n auto met veel plaats, wanneer je een gezin hebt met drie kinderen en een tante Lize die af en toe eens meerijdt. Ik zat op de achterbank wat gezellig te keuvelen met Norah, 5j.

Dat er nog een stoel over was, in die giga Feryn-mobiel, merkte ik op. Ik wist wel dat zusterlief geen grote plannen had om haar kroost nog uit te breiden. Maar ik polste even naar Norah’s mening hierover. Want die had ze.
 
'Norah, zou je dat fijn vinden? Nog een klein broertje of zusje?'
'Nee, ik wil graag een grote broer of grote zus. '
'Oei, dat zal moeilijk gaan, lieve schat. Dat zou betekenen dat je mama een kindje in haar buik zou dragen die straks al naar het tweede leerjaar gaat. Weet je nog hoe groot mama’s buik was toen Bores erin zat? En Boresje was zo’n inimini baby.'


Norah begreep snel de onmogelijkheid van de zaak. Al was ze nooit echt goed geweest in het inschatten van verhoudingen. Zo stelde ze ooit voor dat in de nestkast in onze tuin die voor huismussen bedoeld is, flamingo’s hun nestje zouden bouwen. Als dat kon, was zo’n kind van 8 in mama’s buik misschien ook niet zo’n gek idee.

'Maar ik bedoelde eigenlijk een broer of zus die niet meer broer of zus wil zijn van zijn eigen broer of zus en dan bij ons kan wonen. '

Heerlijk, zo’n lekker praktische overwegingen. Alleen, hoe vind je zo iemand? Iemand die zijn eigen gezin meer dan beu is en het wel fijn vindt om een nieuw leven te starten in Feryndorp. Misschien moest ik het niet zo ver zoeken.
'Mag ìk jouw grote zus worden, Norah? Zou je dat fijn vinden?'

Norah keek me verrast aan. Ze giechelde wat, niet zeker of ze het wel een leuk idee vond en concludeerde:
'Maar tante Lize, jij kan toch helemaal niet mijn grote zus zijn? Jij bent al een mens!'

Dat klopt. Ik ben er een. Weeral gelijk, dat kleine dametje.

zondag 4 december 2016

Een fotoverhaal - november 2016

Elke maand maak ik een foto van onze kinderen. Op dezelfde plaats, in dezelfde sfeer. En elke maand vertel ik hen een piepklein beetje over zichzelf.
Opdat we de kleine momenten in hun opgroeien niet zouden vergeten.

november 2016

 


Bores - 1 jaar 2 maanden

Krapuultje 2.0, zo noemen we jou soms. Terwijl je de zakken suiker en deegwaren onder tafel sorteert, verf je de vloer met appelmoes.
Een kinderslot doet je niets, je weet precies hoe je dat open moet maken.
En in no time sta je bovenaan de trap (ook een ladder schrikt je niet af).
Het moment dat je met kletsnatte mouwen en kletsnat haar, de wc-borstel kwam brengen, vergeten we even, voor de schone schijn.

Maar die duivelshoorntjes groeien wel recht evenredig met jouw knuffelgehalte. Je bent om op te eten op elk moment van de dag (en nacht).

De feiten:

  • je drinkt nog steeds een 10-tal keer per dag aan de borst (waarvan gemiddeld 4 keer per nacht)
  • vaste voeding begint geleidelijk aan te lukken. Geen papjes, nee, dat wil je ab-so-luut niet. Maar sinds je mag mee-eten met de grote mensen en zélf een vork mag gebruiken, gaat er wel iets de mond in. Hoera! (om niet te overroepen: een schep of 5 à 10 is een mooi gemiddelde)
  • je slaapt matig. Na een Rubemansje moet je niet veel doen om ons tevreden te stellen. Je wordt een 4 à 5 keer wakker per nacht, en op een paar uitzonderingen na slaap je voor de rest rustig (waarom schrijf ik dit toch nadat we een reeks verschrikkelijke nachten achter de rug hebben?)
  • je vindt dierengeluiden hilarisch. Als we in een kinder-encyclopedie kijken, zit je muisstil. En bij elk dierengeluidje dat ik maak, ontsnapt er een luide lach.
  • De potjesliefde lijkt een beetje over, sinds je kan lopen. Van zodra je de kans ziet te ontsnappen, loop je weg. Enkel voor de ochtendlijke grote behoeften blijf je netjes zitten (meestal toch).

Rube - 3 jaar 2 maanden

Peuterpuberteit? Check!
Dat je 's nachts nauwelijks slaapt doet uiteraard niet echt goed aan dat puberhumeur.
De zindelijkheidstraining gaat niet geweldig. Gemiddeld gooi ik 's avonds 6 à 10 natte broeken in de wasmachine.

Wat er wel super gaat is jouw taal. Je spreekt erg mooi, met een prachtige R en heel zuivere klinkers. De gemiddelde West-Vlaming zou er iets van kunnen leren!

De feiten:

  • je wordt een 6-tal keer per nacht wakker. Meestal om je deken goed te leggen of om te puffen. Af en toe om een levendige droom over spinnen of leeuwen uit de doeken te doen.
  • De astma neemt het de laatste weken regelmatig over, waardoor je ook op de momenten dat je slaapt heel onrustig bent. Het woord nachtrust is dus niet echt van toepassing. Gewoon nacht, zonder meer.

Norah - 5 jaar 2 maanden

Terwijl ik Bores klaarmaakte voor de nacht, vroeg ik aan jou of jij al een verhaaltje wou vertellen aan Rube. Het principe was simpel: jij moest het woord zeggen dat bij de prent hoort, Rube moest het nazeggen.

'Staat er SOK of KOUS onder de foto, mama?' vraag je achteraf, 'Ik heb SOK gezegd, maar ik weet niet of dat juist is.'
Je bladert naar de juiste pagina en bevestigt zelf: 'Ah ja, ik zie het al, er staat SOK. Ik was juist!'
'Hoe weet jij dat er sok staat?', vraag ik. (Norah kan nog niet lezen, dus ik was welgemeend nieuwsgierig)
'Jij heeft toch gezegd dat ik altijd van links naar rechts moet lezen? Er staat S-O-K. SOK dus. Als ik van rechts naar links moet lezen zou het kous zijn hé. K-O-S.'
Logisch. Voor een West-Vlaming althans.